Ik dwaalde afgelopen zondag over het land rondom de Noorder Poort, in het licht van de ochtendzon. Het was 5 mei; Stef en ik zouden die dag officieel zenleraren aan de Noorder Poort worden. Tijdens een ceremonie zou zenmeester Jiun Hogen roshi ons beëdigen. Of ik daarbij in een paar minuten kon uiteenzetten wat mijn zen-inzicht was? Dat was mij gevraagd.
Ik droeg deze vraag bij me. Hoe kon ik zomaar verwoorden wat die vele jaren van zenbeoefening gebracht hebben?
Zoals in bij zen hoort, dacht ik er uiteindelijk zo min mogelijk over na, maar werd juist heel stil en stelde me open voor het moment. Stap voor stap liepen mijn voeten aandachtig over het betonnen pad. En daar merkte ik opeens een kleine, lichtgele worm op, die gestaag over het pad kroop. Hij had een vreemde, dikke vorm en kronkelde diagonaal vooruit. Waar komt die zomaar vandaan, vroeg ik me af, en waar gaat hij zo dapper naartoe? Wat beweegt hem eigenlijk?
Zo kijkend besefte ik opeens dat het voor mij niet anders was. Waar kom ik vandaan, waar ga ik eigenlijk naartoe en wat doet mij bewegen zoals ik beweeg? Het blijft een eeuwig mysterie. Ik voelde me ontroerd; nietig en tegelijk verbonden met alle wezens, groot en klein. We bewegen allemaal mee in de rivier van het bestaan, ieder op zijn eigen manier en in zijn eigen rol.
Niet-weten, leeg zijn, is de belangrijkste oefening in zen. Het gaat niet zozeer om het antwoord, maar vooral om de weg; de oefening van puur aanwezig zijn, voorbij alle concepten. Zodoende heeft zen me vooral veel ideeën en meningen afgenomen, realiseerde ik me.
Lang geleden, toen ik aan het afstuderen was in de sociale psychologie, liep ik korte tijd stage bij iemand die een methode gebruikte die ‘The Truth About You’ heette – en bedoeld was om je echte roeping te ontdekken. Daarvoor moest je eerst bedenken welke activiteiten in het leven je vervullend had gevonden en dan onderzoeken wat het nou precies was dat daarin zo bevredigend was. Daarop zou je dan uiteindelijk een passende beroepskeuze kunnen baseren.
Toen ik deze methode indertijd op mezelf uitprobeerde, bedacht ik dat ik frisbeeën op het strand toch wel het allerfijnste vond. Niet alleen het buiten zijn en het rennen, maar vooral dat moment dat ik onder de frisbee stond in totale concentratie, zodat er niets anders meer voor me bestond dan die frisbee aan de hemel. Toen ik dit voor mezelf helder had, vroeg ik me vertwijfeld af hoe ik dáár nu mijn beroep van zou kunnen maken!
En hier ben ik dan nu, decennia later, verbonden aan het zencentrum, waar de hele oefening draait om precies die geestestoestand te bereiken van volledige aanwezigheid, open en stil. Om uiteindelijk te realiseren wat we werkelijk zijn, deze pure aanwezigheid.
Zenmeester Bankei werd eens geraadpleegd door iemand die klaagde dat hij zoveel last had van driftbuien. ‘Dat is vreemd’, zei Bankei, ‘laat het me eens zien.’
‘Dat kan niet,’ zei de man, ‘ik heb er nu geen last van, het komt alleen onverwachts.’
‘Dan kan het niet je Ware Aard zijn’, reageerde Bankei. ‘Als het wezenlijk voor je was, dan zou het er altijd zijn en kon je het me altijd laten zien. Maar als het alleen soms opkomt, dan is het je niet bij je geboorte gegeven, en dus niet wat je werkelijk bent. Denk daar goed over na!’
Zo is het met al onze gevoelens, en al onze stemmingen, gedachten en overtuigingen: ze komen en gaan, veranderen steeds weer. Niets ervan is blijvend noch essentieel. Maar omdat we ons zo sterk vereenzelvigen met alles wat we denken en voelen, lijkt het leven vaak wel een achtbaan, waarop we ons angstvallig vastklampen aan onze meningen en projecties.
Ondertussen is eigenlijk alleen dit betrouwbaar en onveranderlijk: dat je er bent. Het bewustzijn waarin alles verschijnt, waaraan je hele leven voorbijtrekt, is het enige wat onveranderlijk is. Dit is onze Ware natuur, puur Zijn. Het is alleen maar, tijdloos en probleemloos. Hoe meer we vertrouwen op dit zijn, en erin rusten, des te lichter en harmonieuzier ervaren we het leven.
Jiun Hogen roshi, de zenmeester van de Noorder Poort, heeft eens gezegd: ‘Zen is een totale confrontatie met jezelf. Dat is het wonder van deze oefening, van het ademtellen, het theedrinken, het lopen en reciteren.’
Enerzijds confronteert de zenbeoefening je met je kleine zelf, met wie je dènkt te zijn: al je gedachten, meningen, angsten en verlangens, die heel zichtbaar worden tijdens de meditatie en eromheen.
Anderzijds confronteert zen je met je Ware Zelf, dat wat je wezenlijk bent. Door te oefenen en te zien dat er niets is wat je kunt vasthouden, leer je gaandeweg los te laten en niet in je emoties te blijven hangen. Je merkt dat je de stille ondergrond van je bestaan nooit kunt kwijt raken. Je bent er gewoon. En alles is goed.
Stef kreeg van Jiun roshi de dharmanaam Hosan (dharmaberg) en ik de naam Hosen (dharmarivier). De dharma is de leer van de Boeddha. Jiun roshi zei dat ze Stef meer als de rustige, stabiele factor (als een berg) ziet en mij meer als de beweeglijke, speelse factor (als een stromende rivier) in onze samenwerking als begeleiders.
Elk jaar begeleiden wij weer retraites in zencentrum Noorder Poort. Als je kunt komen, van harte welkom! Dan kun je, in rust en in beweging, je ware natuur van onverstoorbare vrede gaan ontdekken.
Amsterdam. mei 2024