In een oude boeddhistische tekst drijft de monnik Sona zichzelf tot het uiterste om zijn mindfulnessbeoefening en meditatie grondig te doen. Hij slaapt zo min mogelijk en doet uren achtereen loopmeditatie, tot zijn voeten bloeden. Maar hij bemerkt geen resultaat, voelt zich nog steeds onrustig en ongelukkig.
Sona begint te twijfelen of het eigenlijk allemaal wel zin heeft en of hij niet beter terug kan keren naar zijn gewone leventje in de wereld.
De Boeddha krijgt hier hoogte van en zoekt Sona op. Hij vergelijkt diens geworstel met het stemmen van de vina (een soort sitar) die Sona ooit vaardig bespeeld heeft.
Als de snaren te strak aangespannen waren, klonk de vina dan goed? vraagt de Boeddha.
Nee, zegt Sona – en als ze te slap waren gespannen ook niet, constateert hij.
Maar als de snaren precies goed waren gestemd, was de vina dan zuiver en mooi bespeelbaar? Dat beaamt Sona.
Daarop legt de Boeddha aan Sona uit, dat op dezelfde manier overdreven inspanning in de meditatie tot rusteloosheid leidt – en een te slappe inzet tot luiheid. Dus moet Sona leren aanvoelen wat de juiste mate van inspanning is, zijn inzet balanceren en zich zo op de meditatie richten. Een les voor ons allemaal eigenlijk.
Dit is de eeuwige paradox van onze beoefening: er is enig doorzettingsvermogen nodig om bewust te worden en los te komen uit onze automatiscche gedachten. Meditatie is immers geen slaap, het is een helder aanwezig zijn.
Mijn vader maakte soms dit grapje tegen mijn moeder: ‘Ik moet me erg inspannen om me te ontspannen!’ Zo lang we in onze onbewuste toestand blijven, verandert er immers niets. We moeten de moeite nemen om stil te staan, te kijken, stil te worden en ons niet te laten meeslepen.
Maar als we té hard ons best doen, en iedere ademhaling willen vastleggen, alle gedachten onmiddellijk willen stoppen, dan lopen we onszelf alleen maar voor de voeten. Je hoeft niet perfect te zijn! Je hoeft niet zoveel te DOEN. Je hoeft alleen maar te zijn, precies zoals je bent, met alles zoals het nu is. Met juist genoeg opmerkzaamheid om niet in het denken te verdwalen.
Vaak zijn we toch al overtuigd dat er van alles nodig is om rust te kunnen vinden en in het moment te kunnen zijn. We moeten eerst van alles bereiken en op een rijtje krijgen. Maar…is dat echt wel nodig?
Vergeet het verleden maar even en denk ook niet aan de toekomst!
Al is het maar voor één moment.
Wees eens heel stil en richt je helemaal op het NU.
Denk nergens over na.
Is hier een probleem, als je heel stil blijft? Mist er iets?
Nee, je bent er gewoon. Dit moment is volmaakt in zichzelf.
Je kunt ontspannen in het nu.
Er is maar een klein beetje inspanning nodig
om je dat iedere keer opnieuw te realiseren.
Helemaal aanwezig in dit moment
bestaan er geen problemen.